Met een deel van de deelnemende studenten gaat het mentaal redelijk tot goed in 2023. Een derde van hen geeft hun leven een 7, en ruim een kwart een 8 of hoger. Tegelijkertijd heeft een aanzienlijk deel psychische klachten. Zo heeft 44 procent van de deelnemende studenten depressie-/angstklachten. Ongeveer dezelfde of hogere percentages gelden voor emotionele uitputtingsklachten, vaak prestatiedruk of (heel) veel stress ervaren en eenzaamheid. Wat de middelen betreft wordt alcohol veruit het meest gebruikt. Van de studenten die drinken is 10 procent een overmatige drinker en 16 procent een zware drinker.
De resultaten geven grofweg hetzelfde beeld als de eerste monitor van 2021. Ze geven nog duidelijker aan dat mentale gezondheid en middelengebruik niet los te zien zijn van de sociale en maatschappelijke omgeving waarin studenten leven. Naast de studie zijn onder andere de kosten van het dagelijks leven en de krappe woningmarkt belangrijke stressbronnen. Het is daarom belangrijk om niet alleen de mentale weerbaarheid van studenten te verbeteren, maar ook aandacht te hebben voor hun omgeving.
Op sommige vlakken lijkt de mentale gezondheid iets te zijn verbeterd ten opzichte van de eerste monitor, die tijdens de coronapandemie werd gehouden. In 2023 ervaren minder deelnemende studenten emotionele uitputtingsklachten, prestatiedruk, en eenzaamheid dan in 2021.
Factoren die bijdragen aan een goede mentale gezondheid zijn onder andere steun uit de omgeving en voldoende tijd voor ontspanning. Onder andere risicovol gebruik van sociale media en maatschappelijke stressbronnen hangen samen met een mindere mentale gezondheid.
Het gebruik van de meeste middelen is gelijk gebleven in 2023. Sommige middelen lijken minder te zijn gebruikt, zoals cannabis. Elke dag of regelmatig vapen lijkt wel populairder te zijn geworden. Veel alcohol drinken komt onder andere vaker voor bij studenten met een hoge studieschuld en studenten die met anderen in een studentenhuis wonen.
Bron: RIVM